Sandra en Antoinette hebben aan de wieg gestaan van Dutch Down Support Foundation. 10 jaar geleden, om precies te zijn 21 maart 2010, richtten zij de stichting op. Vanwege corona hebben wij dit niet feestelijk kunnen vieren. En om dit jubileumjaar toch met een momentje van bezinning af te sluiten, beantwoorden zij een aantal mooie levensvragen. Zo krijgt de stichting nog meer een gezicht….
Hoe was je als kind?
Antoinette: “Best wel een blij ei die graag lekker bezig was. Enthousiast en tevreden zou ik mezelf omschrijven vroeger. Ik was en ben nog steeds dol op knutselen. Verder vond ik sport ook leuk: turnen, badminton en schermen. Ik heb van alles gedaan.”
Sandra: “Ik was echt een buitenkind, lekker rolschaatsen of andere dingen doen buiten. Verder kreeg ik al heel jong de les mee dat we allemaal kwetsbaar zijn. Toen ik vier was overleed de moeder van een vriendinnetje. Dat maakte een diepe indruk op mij. Toen ik 6 was, leerde ik Ingrid kennen die nu nog steeds mijn vriendin is. Ik weet nog dat we Knabbel en Babbel werden genoemd. We kletsten te veel en werden daarom in de brugklas in twee verschillende klassen gezet. Relaties waren en zijn nog steeds belangrijk voor mij. Dit jaar heb ik mijn lieve vriendin Sandra verloren en mijn lieve vriend Etienne. Meer dan 30 jaar intense vriendschap. Het verlies draag ik met mij mee.”
Antoinette: “Dat kletsen herken ik ook uit mijn jeugd. Ik was wel aanwezig in de klas. Toen en nu nog ben ik snel van begrip, een snelle denker zeg maar. Dus ik had tijd over en kletste erop los. Ik praatte graag in de klas. Nu nog klets ik makkelijk. En tegenwoordig zet ik dat graag in om veel vragen te stellen aan mensen om verbinding te maken.”
Wat heb je van huis uit meegekregen?
Antoinette:“Doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg, paste goed in ons gezin. Er waren bij ons niet veel regels. Eerlijkheid en vertrouwen waren de basis. Het enige waar mijn vader strikt in was, was de tijd van thuiskomen. Maar ook daar viel over te onderhandelen met goede argumenten. Verder ben ik pragmatisch opgevoed. Dus als je iets wilt, dan ga je het gewoon DOEN. Niet te lang wikken en wegen. Dat past nu nog steeds niet bij mij.”
Sandra:“Mijn moeder had altijd oog voor de buitenwereld en mensen die het wat minder goed hadden. Dat draag ik al mijn hele leven mee als fijne bagage. Zo zat aan de kersttafel vaak wel iemand bij ons aan tafel vroeger die een verzetje kon gebruiken, omdat diegene anders alleen was met kerst. Het ontdekken van de ‘buitenwereld’ heb ik gedaan van mijn 21e tot en met mijn 23e . Ik woonde in Engeland, Frankrijk en Spanje. Die jaren hebben mij gevormd. Eenmaal terug in Nederland dacht ik: nou durf ik alles. Ik heb geleerd dat ik waar ook ter wereld kan aarden. Dus in dat opzicht hebben Antoinette en ik het wel gemeen dat je dingen gewoon moet doen en daarvan leert.”
Wat is jouw manier van leren?
Antoinette:“Voor mij is dat duidelijk leren door te doen, dus lekker aan de slag gaan. In combinatie met logisch verstand en een gezond observatievermogen. En gaandeweg steeds stappen voorwaarts zetten.”
Sandra: “Ja zeker, jouw observatievermogen is je kracht. Ik herinner me iets moois. Dat was in 2016. We waren in Mombasa bij een eerder project. Een van de leerlingen werd op die school veel opgezadeld met huishoudelijke klussen. Antoinette vroeg haar om samen een voetbalspel in elkaar zetten.” Antoinette: “Ja, dat was nog best een uitdaging. Het was fantastisch dat het samen lukte, zij was zo trots. En ze voelde zich echt gezien. Een mooi moment vond ik zelf ook die keer dat de oudere jongens op die school met Duplo aan de slag gingen. In een mum van tijd bouwden ze van alles met de Duplo. Toen dacht ik meteen: ze hebben meer uitdaging nodig. En ja hoor, het moeilijkere Lego paste meer bij de jongens. Ze hebben daar heel veel plezier mee gehad en bouwden mooie dingen.”
Sandra:“Ik leer graag samen met iemand. Als ik iets wil starten of iets nieuws ga ondernemen, verzamel ik vooraf zoveel mogelijk ervaringen. Ga ik rondvragen. Wie weet hier al iets van? Wie heeft hier ervaring mee? Ik vind het fijn om samen te werken. Dingen samen ontdekken. Verder vind ik verbinding maken de allereerste stap om zelf te leren of een ander aan te zetten tot leren.”
Antoinette: “Toen we voor ons project in Kenia in april 2019 verschillende scholen gingen bezoeken waren ouders en leerkrachten best sceptisch wat we kwamen brengen aan kennis en ervaring. Dus werd Sandra voor het blok gezet. Door de leerkrachten werd er een jongen naar voren geschoven en tegen Sandra werd gezegd: Nou, als je deze jongen iets kan leren…hij kan niet eens stilzitten.”
Sandra: “Inderdaad, dat was een bijzonder moment. Ik moest dicht bij mijn gevoel zien te blijven met een kring van afwachtende ouders en leerkrachten om me heen. In het eerste contact ga ik altijd uit van de ander. Ik stel mezelf dan de vraag: Wat wil de ander? Het lukte me met deze jongen contact te maken door goed te kijken naar alle signalen die hij uitzond en hier een reactie op te geven. Uiteindelijk zaten we naast elkaar aan een tafeltje en reageerde ik niet alleen op hem, maar hij ook op mij. Er was echt contact.”
Antoinette vertelt verder: “Ouders en leerkrachten stonden met tranen in de ogen. Een onvergetelijk begin voor ons project in Mombasa. En de kracht van samenwerken blijft belangrijk. Zo betrekken we ook ouders bij ons werk. De ouders in de landen waar we actief zijn, weten soms niets van de beperking van hun kind. Vanuit hun cultuur en rituelen denken veel ouders dat ze iets fout hebben gedaan. Dan werkt het zo verbindend dat Sandra ook een zoon heeft met Downsyndroom en ze in alle oprechtheid vertelt dat je als ouder geen schuld kunt hebben.
Sandra vult aan: “En de volgende stap is dat we ouders aanmoedigen hun kind te steunen met de ontwikkeling. En ook om vaak op school te komen en andere ouders te ontmoeten. Met elkaar ben je zoveel sterker. Zeker in de landen waar we onze projecten hebben, in de landen waar nog maar zo weinig is voor onze doelgroep. In deze landen zijn het de ouders die het heft in handen moeten nemen om bestaansrecht en betere voorzieningen voor hun kinderen te krijgen. Ouders zijn de constante factor in dit hele proces en ik wil ze hier vanuit onze eigen ervaringen en overtuiging met de stichting bijstaan.”
Waar ben je het meeste trots op bij de stichting?
Antoinette: “Het project dat we nu hebben lopen bij de vier scholen in Mombasa daar ben ik het meest trots op. De eerste jaren van de stichting zijn we zoekende geweest naar missie, visie en doelen. Het zat wel in ons hoofd, maar we vonden te weinig aansluiting bij anderen. Hierdoor namen we te snel afstand van ons bestaansrecht als stichting. Met het project ‘scholing en ontwikkeling in Kenia’ merk ik dat het klopt en dat we doen waar we voor staan.”
Sandra: “Mooi hoe Antoinette dat omschrijft. Ikzelf heb altijd gedacht dat we er wel zouden komen met de stichting. Daadwerkelijk iets zouden kunnen doen voor andere gezinnen elders. Maar zoeken was het inderdaad. In 2015 kreeg ik dan ook zo sterk het gevoel dat ik naar de locaties toe moest. Op afstand lukte er te weinig. Dus heb ik toen voor mezelf een ticket gekocht naar Thailand. Een plan had ik niet, alleen de sterke overtuiging dat ik moest laten zien dat we van betekenis kunnen zijn voor een ander. Er is in Nederland een berg aan kennis, ervaringen en materialen die we niet meer gebruiken. Gewoon een kwestie van doorgeven. Vanaf Thailand is het balletje gaan rollen. Het lukte daarna beter om te laten zien wat we doen door onszelf in te zetten als ervaringsdeskundige. Daarna volgden Suriname en Kenia. Ik ben enorm trots op de groei van de stichting, dat we inmiddels al veel hebben kunnen doen. En dat we nu projecten realiseren met steun van professionele fondsen, zoals het tweejarig project in Mombasa.”
Wat is je droom voor de stichting?
“Van gezin naar gezin is mijn droom”, zegt Sandra. “Ouders onderling kunnen zo van betekenis zijn voor elkaar. Dat heb ik zelf ook gemerkt toen Laurens nog klein was en ik van anderen steun kreeg. En wat mooi is om te benoemen: het zit vaak in de kleine dingen. Dat hielp mij enorm. Zo zien we nu dat er in Mombasa inmiddels ouders zijn die elkaar opzoeken, die elkaar steunen. Wij op onze beurt steunen de ouders weer via WhatsApp contact en we hebben tussendoor ook contact met de leerkrachten. Uiteindelijk zorgt de verbinding met elkaar voor een enorme betrokkenheid. En hoe mooi zou het dan zijn als we naar de toekomst kijken en het ons zou lukken om aan ieder gezin in Kenia ook een Nederlands gezin te koppelen.. Een maatjes programma. Dat zou zoveel opleveren.”
Antoinette: “Voor mij is het de kracht van de eenvoud. En dat sluit naadloos aan bij Sandra haar droom. Inmiddels heb ik ervaren dat het in de kleine, eenvoudige dingen zit waar je de ander mee kunt helpen. Gewoon dingen van het dagelijks leven die we aan anderen kunnen doorgeven. Met de train de trainer leermethode bereikt de doorgegeven kennis een steeds grotere groep gezinnen en leerkrachten. Met die inzichten van eenvoud hoop ik veel meer mensen aan onze stichting te verbinden om met elkaar kinderen en ouders in andere landen te helpen.”
Hoe nu verder in het corona tijdperk?
Zolang het coronavirus nog de hele wereld verlamd kunnen we de projectlocaties niet bezoeken. Toch lukt het ons wel om leerkrachten en ouders op afstand te steunen. Dit doen we voornamelijk via WhatsApp en filmpjes. Afgelopen oktober zijn de scholen in Kenia weer gestart, maar voor de special units waar wij als stichting aan verbonden zijn, is dat nog niet het geval. De leerkrachten bezoeken nu regelmatig de kinderen thuis. Verder hebben we aan het begin van de crisis er ook voor gekozen de gezinnen financieel te ondersteunen met het kopen van boodschappen voor levensonderhoud. Ondanks deze inspanningen sluiten we dit jaar verdrietig af. Sommige kinderen hebben het heel slecht en zijn zo kwetsbaar. We hopen dat alle kinderen snel weer naar school kunnen in het nieuwe jaar. En zodra het veilig is zullen we zo snel mogelijk op locaties weer aan de slag gaan. Met wel in het achterhoofd dat de leerlingen waarschijnlijk eerder achteruit zijn gegaan dan vooruit in hun ontwikkeling vanwege corona. We kijken uit naar een nieuw jaar met nieuwe kansen voor de kinderen en de gezinnen die wij ondersteunen en waar wij in geloven.
geschreven door Mariska van Woensel